Onder de rook van stadion De Vijverberg staat het iconische huisje van oud-materiaalman en clubicoon Theo Vergeer van De Graafschap. Het huisje kende verschillende invullingen, waaronder een merchandise-winkel. Tegenwoordig wordt het pand gebruikt om de historie van de club te eren in ‘De Graafschap Het Museum’.
“Eerder zaten we in een soort kastje in het stadion, nu zijn we verhuisd naar het huisje van Theo Vergeer”, vertelt Boudewijn Mecking, beheerder van het museum. “Dat geeft toch een extra dimensie aan het museum. Het huisje hoort bij het stadion, dus het is eigenlijk een geweldige plek.” Het huisje is naast de blauw-witte kleuren, een van de eerste dingen die opvallen als je bij de Vijverberg komt. “Dat brengt toch wel iets moois met zich mee. Ik krijg er zelfs kippenvel van als ik er nu aan denk.”
In het museum zijn een aantal bijzondere stukken te zien. Naast verschillende oude seizoenkaarten en bijzondere foto’s zijn er ook enkele objecten waar Mecking veel herinneringen aan heeft. “De voetbalschoenen van Anton Beumer, Haantje Beumer. Dat zijn de voetbalschoenen waarmee het eerste officiële doelpunt van De Graafschap werd gemaakt”, vertelt Mecking. “Daarnaast hebben we ook de iconische regenjas van Simon Kistemaker. Sinds kort hebben we ook een prachtig shirt uit het seizoen 1990-1991. Dat was het shirt van de recent overleden supporter Frank Seggelinck.”
Niet dagelijks open
Momenteel is het museum nog niet dagelijks geopend voor bezoekers. De wens is om daar in de toekomst verandering in te brengen. “Voor later is het misschien wel de wens dat wij op vaste dagen open gaan. Niet elke dag in de week, maar wel op vaste dagen”, vertelt Mecking. Het museum draait volledig op vrijwilligers. Wie nu een bezoek wil brengen, moet zich inschrijven via de website.
Belangrijk voor de historie
Volgens Mecking en de andere vrijwilligers is het museum ook belangrijk voor de club. “Ik hoop dat het museum de historie van de club wat meer naar voren brengt en dat het zorgt voor meer bekendheid in het land”, legt Mecking uit. Daarnaast hoopt de beheerder dat het museum mensen naar het stadion trekt. “Ik hoop dat er mensen hier zijn geweest die dan denken: ‘Ik wil hier de volgende keer ook op de tribune zitten.’ Ik wil dat de mensen zien dat wij een ontzettend rijke historie hebben.”
Dit bericht is tot stand gekomen in samenwerking met streekomroep REGIO8