Op woensdag 30 april is het dertiende deel van het Woordenboek van de Achterhoekse en Liemerse Dialecten (WALD) verschenen. Dit nieuwe deel, getiteld ’t Peerd, staat volledig in het teken van de streektaal rondom paarden. Bijzonder is dat dit boek niet – zoals eerdere publicaties – over de algemene woordenschat van streekbewoners gaat, maar over vaktaal: de specifieke woorden en uitdrukkingen die worden gebruikt binnen beroepen en ambachten. Net als alle twaalf voorgaande delen toont ook dit deel weer de rijke verscheidenheid die zo kenmerkend is voor de Achterhoekse en Liemerse streektaal.
Auteurs Lex Schaars en Henk Lieftink verzamelden voor dit boek zo’n 2500 dialectwoorden die te maken hebben met paarden: van benamingen voor jonge en oude dieren, lichaamsdelen en kleuren, tot termen voor karaktereigenschappen, gedrag, verrichtingen en verzorging. Daarnaast komen ook woorden voor paardentuig, voortplanting, ziekten en behandelingen aan bod. “In 1983 en 1984 werden vragenlijsten ingevuld door individuele streektaalkenners en, vooral, door groepen streektaalliefhebbers uit meer dan vijftig plaatsen”, legt Schaars uit. “De antwoorden op die vragenlijsten worden nu gepubliceerd.” Het boek telt 112 pagina’s en bevat naast dertien thematische hoofdstukken ook twee alfabetische registers: één met ruim 400 Nederlandse begrippen die betrekking hebben op de dialectwoorden en één met maar liefst 2500 dialectwoorden, waaronder kleurrijke termen als hittepetit, vlegengek, dalverd en proeike. “Verrassend is de variatie in de woordenschat die betrekking heeft op het houden van paarden”, aldus Schaars.
De presentatie van het boek vond plaats op woensdagmiddag 30 april bij het Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers in Doetinchem. Tijdens deze bijeenkomst werd niet alleen ’t Peerd officieel gepresenteerd, maar ontving Lieftink ook een Koninklijke onderscheiding. Volgens Schaars meer dan terecht: “Lieftink is vanaf de start in 1980 betrokken bij het WALD en werkt sinds 2011 als vrijwilliger aan het uitwerken van het verzamelde materiaal”, vertelt hij. Met het lintje wordt Lieftink geëerd voor zijn meer dan veertig jaar lange, toegewijde inzet, waarbij hij zich vol overgave bezighield met het invullen van vragenlijsten en zijn werk als metwarker voor het WALD-project.
Sinds 1980 wordt binnen het WALD-project de streektaal van de Achterhoek en Liemers in kaart gebracht. In ruim veertig jaar tijd zijn zo’n 175 vragenlijsten ingevuld. Het WALD is geen traditioneel alfabetisch woordenboek, maar ordent de woorden thematisch en in samenhang. Hiervoor zijn vijf hoofdthema’s vastgesteld. Drie daarvan zijn inmiddels afgerond: De mens (in vier delen), De mens en zien huus (één deel) en De mens en zien gezins- en gemeenschapslaeven (twee delen). Van De mens en de weerld verschenen tot nu toe drie delen; één deel ontbreekt nog. Binnen het thema De mens en zien wark zijn twee delen gepubliceerd: De mens en zien wark-A en De mens en zien wark-B.
De laatste correcties worden momenteel afgerond, waardoor het boek naar verwachting vanaf 8 mei online beschikbaar zal zijn.

