Tijdens een archeologische opgraving aan de Olde Kaste tussen Keijenborg en Hengelo zijn restanten van gebouwen van meer dan tweeduizend jaar oud gevonden. Op de plek waar een nieuw transformatorstation komt, werden vondsten gedaan die meer kunnen vertellen hoe het gebied er vroeger uit zag.
“Het belangrijkste wat er gevonden is, zijn resten uit de midden-ijzertijd”, vertelt Davy Kastelein, regioarcheoloog in de Achterhoek. “Dat zijn overblijfselen van waterputten en bijgebouwen die bij een boerderij stonden.” Volgens Kastelein zijn de vondsten best zeldzaam, toch is het niet gek dat op deze plek wat gevonden wordt. Zo vertelt de archeoloog: “Dingen uit de midden-ijzertijd vind je niet heel vaak. Archeologisch gezien is deze regio heel erg interessant.”
Door de vondsten zijn archeologen veel meer te weten gekomen over het Hengelo en Keijenborg van de midden-ijzertijd. Zo is nu bekend hoe het gebied er uitzag en welke beplanting er stond. “Het is een langgestrekte zandrug die tegen een relatief nat gebied ligt en de IJssel lag er toen nog niet”, vertelt Kastelein. “Het was allemaal wat moerassig. Dit is dan de eerste gunstige plek om te wonen.” De aangename omgeving zorgde ervoor dat Hengelo en Keijenborg tweeduizend jaar geleden drukbezet waren met boeren.
Of de opgegraven objecten van de Olde Kaste later nog zichtbaar zijn in de gemeente is nog niet duidelijk. “Vondsten die bij een opgraving worden gedaan zijn eigendom van de Staat”, aldus de archeoloog. “Ze gaan naar een depot in Nijmegen waar ze verder worden onderzocht.” Wat er na het onderzoek met de vondsten gedaan wordt is niet zeker.
Dit bericht is tot stand gekomen in samenwerking met streekomroep REGIO8.
© Foto: REGIO8